Westerse mode gaat uit van het menselijk lichaam. Schouders, borsten, taille, heupen, billen, accentueren of juist niet. Er wordt een silhouet ontworpen en passende stof bij gezocht.
Bij de Japanse mode-ontwerper Issey Miyake is het uitgangspunt een stuk stof. De mens die zich daarmee omhult gaat een dialoog aan met een basisvorm, textuur en eigenschappen van een stof. En dan kijken wat er ontstaat, gebeurt in vorm en beweging. Door verschillende openingen kun je iets dragen zoals jij het wil. En dat voor iedereen: lang, klein, dik, dun.
In zijn ontwerpen herken je Japanse historie en technieken: samurai, geisha (kimono), vouw- verpakkings- en wikkelkunst. Maar ook Afrikaanse lichaamscultuur, kleding en beweging.
Miyake heeft mode als een zelfstandige kunstdiscipline op de kaart gezet. Z’n speelsheid spreekt me aan, het elementaire, grafische, sculpturale en theatrale. Fotograaf Irving Penn heeft zijn ontwerpen op unieke wijze vastgelegd.
Hij was zeer nieuwsgierig en experimenteerde met nieuwe technieken en materialen. Bekend is zijn geplisseerde polyester stof, waarbij een meters lange lap d.m.v. fijne definitieve plooitjes tot ca. eenderde wordt teruggebracht.
Dat doet me denken aan mijn zomerbroek van polyester kreukelstof. Vond hem mooi, maar te warm. Mijn vriendin was er blij mee.
Issey Miyake (1938-2022) is overleden, zijn visie en creaties niet.