‘Botel’ in zicht. Het wachten is op het indringende geluidsignaal als de klep straks omlaag gaat. Dan worden de pontvaarders weer losgelaten en waaieren ze uit over de kade.
Het is superzonnig. De wachtende fietsers in tegenlicht, steken goed af tegen het witte schip. De immense rode letters vertellen dat je weer thuis bent. Je kunt zo’n letter reserveren om erin te verblijven. Ik weet niet welke letter ik zou kiezen. Wil ze wel eens van binnen zien.
De man met beide voeten ongeduldig op de trappers, zie ik al gas geven als de klep nog hellend is. Er staan ook een jongen en meisje klaar. Waarschijnlijk horen ze bij elkaar. Er loopt een onwaarschijnlijk heldere lichtbaan over hen heen. Zij weten dat niet. Een spannend gevoel. Voor mij zijn ze zo sterker met elkaar verbonden. Ze lijken samen het licht te dragen als een rugzak, die je af kunt doen wanneer je wil.
Aan wal, weer in de volle zon, is de magie verbroken. Alsof ze de baan hebben afgedaan en op de pont laten liggen.